maandag 6 april 2015

6 april


Toen ik klein was, nam mijn vader ons mee om te kijken naar de Ronde van Vlaanderen. We gingen ergens staan waar je ze van ver kon zien komen, in mijn herinnering was dat de Gitsberg, maar herinneringen zijn maar dat, en met elk bijkomend jaar nog een stukje meer, of minder.

Misschien was het wel de Kruiskalseide bij Lichtervelde. Dat laatste zeg ik alleen, omdat ik die naam nog wel eens wou horen: de Kruiskalseide.

Veel later had ik zelf twee zonen, en ik nam ze mee om te kijken naar de Ronde van Vlaanderen. Ik woonde inmiddels in S, een stad met een groot marktplein waar in die dagen de Ronde nog van start ging. We liepen langs de ploegen en vergaapten ons aan de glimmende fietsen en aan de kuiten van de berijders, die ook glommen, en na de start scheurden we over de binnenwegjes naar ergens een plek in het Waasland, misschien wel Klein Sinaai, waar we ze nog eens voorbij zagen rijden. Op 't gemak, de koers was net begonnen.

Nog later zat ik op die zondagen voor mijn televietoestel, een keer hoorde ik op de autoradio hoe Van Petegem won voor Vandenbroucke en Museeuw, denk ik. In mijn herinnering was ik toen ergens tussen Cassel en Saint-Omer.

De laatste jaren kijk ik niet meer, en gisteren vroeg ik me af: hoe kwam dat ook weer, eigenlijk?



Geen opmerkingen:

Een reactie posten