'Hoe
gáát het eigenlijk met
mij? Niet direct zo dat als men aan mij zou ruiken, men nog eens
extra zou snuiven en zou zeggen: gôh, je lijkt wel een veld vol
fresia's.'
Aan
het lezen, van Jeroen Brouwers: Het is niets. (1993)
Gezien of niet de
wereld, om het even: het is niets.
wat gij gehoord,
gezegd hebt of geschreven: het is niets.
gereisd door de
klimaten alle zeven: het is niets.
tot studie en
bespiegelingen thuis gebleven: het is niets.
J.H.Leopold
Een
verzameling losse flodders uit een van zijn kladboeken, een
'structuurloze rommelberg', waar hij zelf van zegt dat hij ze al
eerder allemaal geplunderd heeft voor zijn serieuze werk. Het gaat
dus om restjes, die een fatsoenlijk mens weggooit, niet nog eens aan
zijn lezers probeert te slijten. Nu, eerlijk is Jeroen genoeg, zoals
in deze opmerking, tussen haakjes, over zijn eigen werk:
'(Als
ik niet zelf Jeroen Brouwers zou zijn, zou ik als 'gewone lezer' 'de
nieuwe Brouwers' niet meer kopen, precies zoals ik zelf 'de nieuwe
Reve' niet meer koop: ik kèn dat oeuvre nu wel en iedere uitbreiding
ervan bevestigt zo niet vermeerdert mijn besef dat het saai is
geworden. Eerlijker omtrent mijn eigen werk, dat ik lijk te baren als
een dood kind, kan ik niet zijn.)'
Een
vrolijk mens zit er niet in.
'Dit
isolement heeft van mij een asociaal, wereldvreemd, mensenschuw,
verlegen, wantrouwig, bang en alleen met gebruikmaking van krikken,
breekijzers en sleepkabels nog tot verplaatsing aan te zetten sujet
gemaakt. Eigenlijk ben ik een boom geworden (...)'
Of
toch? Een keer is hij thuis 'ijverig bezig mijn park op te schonen',
hij is de laatste tijd een hoop kilo's lichter geworden, zijn broeken
zakken af 'daar ik de helft van mijn lichaamsomvang kwijt ben', en
dan: 'Soms betrap ik me op neuriën!'
Toen
hij dat alles schreef, was hij geloof ik zes- of zevenenveertig. Ik
lees hem graag. Briljante mopperaar. Kankeraar. Met al zijn chagrijn
uiterst onderhoudend en virtuoos.
P.S.
P.S.
Bij
het kraantje wissel ik van gedachten met een man van Nantes. Of ik
naar de pot d'amitié gegaan ben voor de nieuw aangekomenen?
Hij ook niet. Ik voel me er een beetje verloren, zegt hij. Het is
daar moeilijk praten. Hij zinspeelt voorzichtig op de overweldigende
meerderheid van Nederlanders. Zelf ziet hij er bijzonder Frans uit,
bezitter van een dikke, goed gecultiveerde Asterix-snor. We bespreken
nog even de recente politieke ontwikkelingen, verwachten samen veel
goeds van de nieuwe president. Il faut lui donner une chance.
Zeer zeker. Als je eens rondkijkt naar wie zich dezer dagen allemaal
president noemen, lijkt Emmanuel Macron de kwaadste keus nog niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten