Ik
raakte in gesprek met een man voor de toog van McDo. Uit allerlei
kraantjes en tuiten lekten en dropen dingen die in kuipjes gingen en
die de mensen moesten opeten of -drinken. Nu, ik was nièt bij McDo
om te eten, laat dat duidelijk wezen. Ik was er zelfs niet om iets te
drinken, een café allongé die zij natuurlijk 'grand café' moeten
noemen. Ik bestelde de koffie, omdat je bij McDo niet mag WiFi-en
zonder iets te kopen. Toegegeven, ik heb hem ook opgedronken. Hij was
tenslotte betaald. Dat moet je bij McDo altijd eerst doen, voor ze
hun treurige dienblaadje voor je neus willen schuiven. Overigens hing
de hele tent vol affiches, waarop werd gewaarschuwd voor slechte
eetgewoontes: eet niet vet, stond er, mijd de suiker, neem veel verse
groente. Ze werden grotendeels aan het gezicht onttrokken door de
massa's gretige eters, die onophoudend af en aan liepen met bakjes
vol frieten en kartonnen emmertjes cola.
Maar
ik wijk af. Ik was in gesprek geraakt met deze man, en we hadden het
na het uitwisselen van een paar beleefdheden over de onthaasting.
Ha,
onthaasten!, zei de man schamper. Breek mij de bek niet open! Ik heb
dat ook gehoord en gelezen. Rustig maar, heette het. Laat je niet
langer opjagen. Stop de rat race. Ga maar eens lui achterover
zitten en laat de anderen wat opdraven. Het leven is kort! Voel je
vooral niet schuldig! Hij ging nog een tijdje door, en toen kreeg ik
eindelijk de kans te vragen: En?
En?
Nou, zei de man, vergeet het. Ik ben nu zo'n jaar of vier aan 't
onthaasten, en ik kan u verzekeren, het is mooi geweest. Het mag wel
weer een beetje mèèr zijn. Een fikse portie stress. Nog eens lekker jagen en jachten, met mijn voet schommelen
onder tafel, met mijn vingers weer op het blad trommelen, hardop
tegen mezelf praten op straat. Wekkers. Deadlines.
Functioneringsgesprekken, laat maar komen. Onthaasten!
Ik heb het vier jaar gedaan, en nu ben ik het wel. Ik val er staande
van in slaap, zei de man, die er volgens mij toch beslist erg wakend
uitzag. En u?,vroeg hij nog. Bent u ook onthaast?
Hij
had gelijk, deze man met wie ik in gesprek was geraakt. Als
verkwikkend dutje na een leven van betaalde arbeid heeft het vast
zijn verdienste, maar te lang moet het ook weer niet duren. Het mag
dan weer een beetje vooruit gaan. We namen in volle
verstandhouding afscheid, hij met zijn torenhoge hamburger, ik met
mijn bekertje koffie en mijn laptop.