dinsdag 5 februari 2013

5 februari

Mijn auto is binnen voor herstel. Ik heb een ruilauto gekregen. Als ik die auto start, doet hij piep-piep. Dat wil zeggen: je gordel! Een korte waarschuwing voor mogelijk vergeetachtige lieden, dat is attent van die auto.

Helaas, een minuut na het starten, als ik de gordel nog niet om heb, begint de piep-piep opnieuw, nu in reeksen van vijf: piep-piep, piep-piep, piep-piep, piep-piep, piep-piep. En na een heel korte pauze weer: piep-piep, piep-piep, piep-piep, piep-piep, piep-piep. En dan nog eens: piep-piep, piep-piep, piep-piep, piep-piep, piep-piep. Enzovoort.

Nu weet ik wel, dat het veiliger is om met de gordel om te rijden. Dat het illegaal is om dat niet te doen. Dat ik een boete kan krijgen. Fair enough, zeggen de Engelsen. Maar dat is wel genoeg. Ik hoef geen betuttelende meerijder. Al helemaal geen elektronische, irritante, spraakgestoorde betuttelende meerijder die alleen maar piep-piep kan zeggen.

Een korte preventieve piep-piep als ik instap, oké. Een repressieve, niet aflatende, mij moedwillig irriterende piep-piep, dat is er één te veel. Dan word ik opstandig. Fuck de gordel, zeg ik dan. (De kleinkindjes rijden niet mee. Als ze dat wel doen, zeggen ze: 'Opa, je gordel!')

Zo ben ik vanochtend naar de garage gereden, het piep-piep van mijn ruilauto straal negerend. Het mooie was, dat ik het na een tijdje niet meer hoorde, zoals ook thuis de bom-bom van de hangklok als het twee uur is. En dan ben ik in mijn eigen gerepareerde auto naar huis teruggekeerd, gordel om. Dat vond ik zelf zo het beste. 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten