Sinds de riolen
beter functioneren is er minder contact.
Een
zin om in te lijsten. Om
bij na te denken over de relativiteit van de vooruitgang, maar daar
gaat hij niet over. Hij gaat over de Grote Peperstraat die vroeger
wel eens onder water liep, en dat gaf een band.
De zin staat in Het boek van Sint-Niklaas van
Johan De Vos.
De
stad viert dit jaar zijn achthonderdste verjaardag, voor wie dat, ook
na de Ronde van Vlaanderen, nog altijd niet zou weten. Wie zou denken
dat het boek een soort feestelijke lofzang op de stad is, weet na de
openingszin beter: Deze stad werkt op mijn zenuwen.
In de stad wordt om
een of andere reden zelden geflaneerd,
de mensen zijn er niet naar gekleed.
En nog: Sint-Niklaas is een ballonnenstad. Die dingen
worden opgeblazen en vliegen weg, daar is niets mis mee, maar daarmee
maak je nog geen leefbare stad.
Bij de bakker in de Ankerstraat: Het sfeertje in de rij -
ik maak het vaak mee - is typisch: er wordt weinig gepraat. Een
understatement, als je het mij vraagt.
Ik
ben nog maar tot pagina 43 geraakt, het gaat er over de overwegend
katholieke scholen. Het ergste van dit alles is het sfeertje van
hautaine vanzelfsprekendheid.
Er
staan ook wel vriendelijke dingen in het boek, al schiet er mij zo
meteen niets te binnen. Verder lezen maar nu.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten