vrijdag 15 november 2013

15 november



Na ruim vijf jaar ontrouw ben ik gisteren teruggekeerd naar mijn oude liefde: de trein. Meer nog, ik heb er en passant een nieuwe bij gevonden: de bus. Het helpt natuurlijk dat ik intussen helemaal voor niets op de bus mag, en op de trein voor amper zes euro, weg en weer, naar elke uithoek van het koninkrijk, zolang het duurt (het gunsttarief*, en ook het koninkrijk).

Tot mijn intense vreugde trof ik onherkenbaar gerenoveerde en opgevrolijkte stations aan, in Gent en in Brugge en zelfs in mijn eigen stad S, waar de perrons nu op esthetisch verantwoorde wijze overkapt zijn en alle roltrappen discreet zoemend hun werk doen.

Ik lees wel eens over stakingen op het spoor, over vertragingen, belabberde stiptheidsstatistieken - het spijt me, ik heb daar niets van gemerkt. Ook de bus meldde zich haarscherp op tijd met vriendelijk openslaande deuren en een lage, tot instappen uitnodigende drempel. 

Sheer bliss, als men mij toestaat, en wat een krukkig, slopend en ondoeltreffend vervoertuig is zo'n auto, waarin je altoos maar op moet passen, en stil blijven zitten, en met pookjes en pedalen in de weer zijn en in spiegeltjes kijken en dan een plek zoeken waar je hem bij aankomst aan de kant kunt zetten, en die niet vinden!

*Voor jongere hard werkende reizigers: ik weet dat het niet eerlijk is, maar als ik dat nu krijg, moet ik dan nee, bedankt zeggen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten