Er
zijn twee Frankrijks. In het ene, als je vraagt: Vous vendez
l'aligot?, halen ze de schouders op en, in het beste geval,
zeggen ze: Ah ça, c'est un truc d'hiver ça. Ze weten van
niets. In het andere Frankrijk hoef je de vraag niet te stellen. De
aligot is prominent aanwezig, in de winkels, de warenhuizen,
op de markten en in de restaurants. In dat Frankrijk is het
goed toeven in de zomer. Je zit er wat hoger, en je eet altijd
lekker.
donderdag 27 juli 2017
woensdag 26 juli 2017
26 juli
De
kathedraal is immens. Aan de ene kant is een uitvaartdienst aan de
gang. Ernstig kijkende, in het donker geklede mensen luisteren naar
de woorden van het afscheid. Zelf ben ik in het andere deel van de
kerk, waar het koor is. Ik bevind me bij de toeristen. Wij zijn hier
niet om een dierbare af te staan, wij komen de architectuur van de
kathedraal bewonderen, de alom geroemde glasramen, het onlangs
gerestaureerde retabel met de ange gardien. We nemen vlijtig
foto's. Een jonge dame leidt een groep bezoekers rond. Ze hoeft haar
stem niet te dempen, al wat ze zegt gaat in de grenzeloze ruimte op.
Je zou een luidspreker nodig hebben. Zoals in het andere deel van de
kerk, waar plots muziek opklinkt. Ne me quitte pas, niet
meteen een zeer kerkelijk lied, van een niet meteen om zijn vroomheid
bekende artiest. Ik ga erbij zitten. Ik doe mijn ogen toe, ik
luister. Laisse-moi devenir l'ombre de ton ombre, l'ombre de ta
main, l'ombre de ton chien. Een onsterfelijk liefdeslied, rouw en
treurnis ver voorbij.
vrijdag 21 juli 2017
dinsdag 18 juli 2017
18 juli
Merci de respecter
les pelouses, zegt het bordje.
Eronder, voor de niet-Europeanen: Please keep off the
grass. Het zet mij aan het
denken. Over directe of meer omzichtige communicatie. Over
duidelijkheid en dubbelzinnigheid.
Hoe
doe je dat precies, respecter les pelouses? Kan
ik mij respectvol in het groen neervlijen, in de schaduw van een
nabije boomkruin? Hier is ruimte voor invulling. Niemand gebied mij
iets te doen. De impératif gebruik
je niet onder beschaafde lieden.
Wie
dat allemaal te omslachtig vindt, kan terecht bij onze anglofone
vrienden. Please moet
volstaan als toegeving aan de beleefde omgang. Maar dan ter zake:
Blijf van het gras weg. Een uitroepteken hoeft niet, je hoort het er
zo doorheen.
Mij
verbaast het niet, dat die Britten het in Europa zo kwaad hadden. Nu
ze eruit willen, denkt elk er het zijne van. Merci d'être
restés si longtemps. Of ook:
Please go and leave us now.
dinsdag 11 juli 2017
11 juli
Aan
het herlezen, na vele jaren, Bezonken rood van Jeroen
Brouwers (1981). Aanleiding was het berichtje, een paar weken of zo geleden,
in de kranten over het huisje in Zutendaal dat nu toch eindelijk werd
afgebroken, omdat het zonevreemd was.
Over hoe de schrijver
zich jaren lang tegen zijn uitdrijving uit het huisje had verzet bij
diverse rechtbanken, en toen zijn verzet op was, was hij dan maar
opgekrast, ik geloof naar Lanaken.
Wat in die stukjes opviel, was dat
de kranten allemaal wel iemand gevonden hadden om dat op te
schrijven, en zelfs iemand om een fotootje te maken van het totaal
onaanzienlijke huisje, maar niemand die bereid was hardop te zeggen
wat een bloedige schande het is, om een oude moede man op die manier
nog uit zijn huis weg te jagen, die ook nog een heel goede schrijver
is, die men zou moeten koesteren, dankbaar dat hij in het land België
wil komen wonen, in het Vlaams Gewest dat zijn schrijvers toch zo
diep in het hart draagt.
Ik
weet het wel, iedereen is gelijk voor de wet, maar niet iedereen
schrijft een boek als Bezonken rood.
maandag 10 juli 2017
10 juli
Rekkem
is een van de plekken waar het land België ophoudt. Ook het Vlaamse
Gewest houdt er op, en de provincie West-Vlaanderen. Dit alles geldt
natuurlijk voor wie landuitwaarts reist.
Voor
mij is het niet meer dan een naam op de autoweg naar Rijsel, dat zelf
verdwijnt zodra ik Rekkem voorbij ben en vervangen wordt door Lille.
Daar krijgt ook La Flandre een nieuwe invulling: het ligt nu
in Frankrijk, zoals in 1302 al het geval was.
Ik ontmoette niet lang
geleden een Nederlander die ook mijn stad kende. Ja, ja,
Sint Nikolaas, zei ie. Dat ken ik van de autoweg, als ik naar
Zuid-Frankrijk rij. Zo kennen veel reizigers, Nederlandse en andere,
ook het land Frankrijk.
donderdag 6 juli 2017
6 juli
Er zijn geen nieuwe
berichten.
Of
dat nu slecht nieuws is, of goed, het nieuws, dat er geen nieuws is?
Dat
hangt van het nieuws af, natuurlijk, dat er zou zijn als er wel nieuws
was.
Stel
dat dat een heel goed stuk nieuws geweest was, dan is het zeker
slecht nieuws, dat het er niet is.
Omgekeerd
moet ik maar blij zijn, dat een stuk slecht nieuws mij niet bereikt
heeft. Goed nieuws.
In
de regel kan ik heel goed om met nieuwsluwte. Het is als met
deur-tot-deur verkopers, Jehova's getuigen, belverkopers van Telenet
of Proximus: liever niet. Als ik iets nodig heb, zoals de eeuwige
zaligheid, dan ga ik er wel zelf naar op zoek.
BNP
Paribas, CM, Lampiris, Hubo, Bib Sint-Niklaas, Doccle, Pearle
Opticiens Sint-Niklaas, Telenet, De Morgen. Ziedaar een kleine greep
uit de afzenders die me de laatste dagen met hun nieuws verblijd
hebben. BNP Paribas was de recentste, vanmiddag om 14.06 u. Ze willen
dat ik duurzaam ga beleggen. Markeren als ongewenst bericht.
Net
voor dit stukje ging ik toch nog eens kijken.
Er zijn geen nieuwe
berichten.
maandag 3 juli 2017
3 juli
"Wie in de
lucht spuwt, vangt vaak zelf de fluim" .
Ja,
bedankt. Ik ben wel mijn koffie aan 't drinken terwijl ik dit lees in
Het Laatste Nieuws.
De krant citeert de woorden met zichtbaar genoegen. Ze zijn van Hans Bonte. Hem wil je de bedenkelijke praat voor een keer vergeven.
De krant citeert de woorden met zichtbaar genoegen. Ze zijn van Hans Bonte. Hem wil je de bedenkelijke praat voor een keer vergeven.
Metaforen
zijn het brood en de patatten van het politieke discours. Zonder
beeldspraak kan de achterlijke kiezer nooit vatten waar het om gaat,
in dit geval dat voorzitter John Crombez te veel met de 'soberheid en
transparantie' van zijn eigen club bezig zou zijn, ten koste van meer
dringende en dwingende thema's.
Tja,
de socialisten kelderen in de peilingen, wat ik jammer vind, en dat
klinkt door in het taalgebruik.
Verder
dan het artikel met Bonte en Crombez ben ik niet
geraakt. De beeldspraak was mij, bij manier van spreken, in het
verkeerde keelgat geschoten. De koffie heb ik maar laten staan.
zondag 2 juli 2017
2 juli
'Zal ik je zeggen
wat er met je is? Je bent niet zo erg gelukkig getrouwd en je
verveelt je. Je voelt je beetgenomen en je verveelt je.'
'Ik verveel me niet.
Ik ben ongelukkig.'
'Omdat je in geluk
gelooft. Iedereen die in geluk gelooft, is ongelukkig.'
Herlezen,
na vele jaren: Het leven is vurrukkulluk (1961) van
Remco Campert.
Na
Wil van Jeroen Olyslaegers was dit de perfecte antidote, het boek
van de onsterfelijke zin 'Kinderen zijn hinderen, zei Panda.'
Speels,
frivool, boosaardig, hilarisch, en zo goed geschreven, dit boek wel.
Panda zelf is ook onsterfelijk. Mees en Boelie komen
aardig in de buurt.
'Zomaar,' zei
Boelie.
'Wat zegt hij?'
vroeg Mees.
'Hij zegt zomaar,'
zei Panda.
'Dat doet hij vaak,'
knikte Mees. 'Toch is hij mijn beste vriend. Mooie, intelligente
meisjes hebben ook vaak lelijke, domme vriendinnen. Dat weet je zelf
wel.'
Abonneren op:
Posts (Atom)