vrijdag 29 juni 2018

29 juni

Ik loop op het strand van Torre del Lago op zoek naar een plekje om mijn badhanddoek neer te leggen, en mezelf erop. Dat duurt wel even. De Italiaanse zeden willen dat de honderden en honderden kilometers strand die het land rijk is, verdeeld zijn in allemaal kleine stukjes, waar middenstanders tegen betaling badgasten mogen toelaten. 

Vele en vele duizenden parasols en strandstoelen staan in strak gelid langs de zee opgesteld. Wie iets betaalt, mag daar op of onder gaan zitten of liggen. In het obligate bijhorende etablissement zijn panini en gelati en andere dingen te koop. De kust, om het maar eens korter te zeggen, is totaal geprivatiseerd, en ziet er ook zo uit. Lelijk.

Niet echt totaal: tussen het geldgewin is hier en daar een strookje strand vrij toegankelijk. Daar ben ik naar op weg. Je mag er zo maar gaan liggen, voor niets. Het is er flink vuiler dan elders, er wordt niet schoongemaakt. Wie er per ongeluk zou beginnen te verdrinken in zee heeft pech: elders dan op de andere strandjes, die allemaal een salvataggio- ploeg met boot hebben, is de drenkeling hier op zichzelf aangewezen. 

Ik zie het allemaal rond me, en ook de tientallen mensen die beladen met strandlakens en hoedjes en tassen en zonnebrillen en andere rommel uren langs het water lopen, in de hoop dat iemand ooit misschien iets van ze koopt.

Dit is nou kapitalisme, denk ik bij mezelf, als ik plots word opgeschrikt door een luidspreker die loeihard reclameboodschappen over het strand begint uit te braken. Ik stap harder door, maar het geraas blijft me onverminderd volgen. Op ieder strandje moet wel zo'n luidspreker staan, denk ik moedeloos, vluchten kan niet meer. Net dan kijk ik even opzij naar de zee, en zie daar een boot varen evenwijdig met het strand. Er staan twee gigantische luidsprekers op.

De Italianen mogen in hun betaalde vakantie naar zee gaan, als ze dat willen, het is een vrij land, maar de reclame horen is wel verplicht. Ze niet horen is misschien niet verboden, het is wel onmogelijk. Zo moet het ook: Groei, groei, groei. Jobs, jobs, jobs.

Ik leg mijn handdoek neer op een plekje waar nog niemand zit, wacht tot de boot eindelijk voorbij is, ik stap de zee in en zwem. Tot de zee, tot nu toe, is de toegang gelukkig nog voor iedereen vrij. Nu niet te ver gaan: een redder is er niet.

maandag 25 juni 2018

25 juni


Gezien in Tarquinia: de necropolis en het museum van de Etrusken. Veel gaat over doden en begraven, maar de levenslust spettert er niet minder van af. De kleuren, de zwierige figuren, de thema's van dansen, van eten en drinken - we zijn in Italië - duikers, jongleurs, worstelaars, zich en elkaar uitgebreid opmakende vrouwen. Vrijers, in de eros-vitrine van het museum, vrolijk en ongecomplexeerd poserend voor hun beeltenis op schaal of amfoor, in niets aan de verbeelding overlatende houdingen die onze vals-preutse tijd expliciet zou noemen. Het moet niet altijd Kama Soetra zijn. Ik kan niet nalaten te denken aan al de kerken die ik in dit land heb bezocht, met hun mythologie van stijve, zuinig kijkende, langgerokte, al dan niet gemijterde en gesluierde heiligen, met hun dun mondje en hun opgestoken hand. Vele eeuwen later gemaakt, toen de pret tot zonde was uitgeroepen. Het zal wel weer ingewikkelder liggen dan dat, maar toch - een beetje meer Etrusk, wat een verademing.

vrijdag 22 juni 2018

22 juni


Wie mij liever niet nog eens hoort zeuren over de taal van de betere kranten, kan hier beter wegklikken. Jongere geeft rake klappen aan chauffeur De Lijn. Wat is daar nu mis mee? Het ligt vast aan mij. Ik hou niet van die rake klappen. Journalisten, ook van De Standaard, hebben zulke vals-leuke clichés naast zich liggen in het bakje. Zo gauw iemand een ander aftuigt, afranselt, slaat, verwondt, grijpen ze naar de rake klappen. Je kunt ze uitdelen, of ook verkopen. Het klinkt haast sympathiek. De klappen, in dit geval, blijken 'enkele', dan weer 'verschillende' vuistslagen te zijn. Dat schrijft HLN en wordt bevestigd door het parket Halle-Vilvoorde, schrijft de Standaardjournalist, zich nu bedienend uit een ander bakje, waar de slecht gebouwde zinnen in liggen. Onderwerp, lijdend voorwerp: geen tijd op de redactie voor dat soort neukwerk. Uit het leven gestapt is nog zo'n truttige frase. Alsof het leven een bus is naar het shopping center. De strijd tegen kanker gewonnen. Wie van de ziekte sterft zal wel een loser zijn. Ja, zuur, goed, het is ook nooit goed, oké. Had dan weggeklikt, ik zei het nog.

woensdag 20 juni 2018

19 juni



Laatst stond ik in Rome voor de Trevifontein. Gelukkig is die heel groot, anders had ik de fontein niet te zien gekregen, door de massa mensen die er ook voor stond. De meeste bezoekers willen een foto nemen. Dat kan op twee manieren. Traditionalisten, onder wie ikzelf, richten hun fototoestel naar de fontein en drukken af. Sommige, waar ik niet bij hoor, willen iemand mee op de foto. Het object krijgt een plaatsje tussen de fontein en het toestel. De fotograaf drukt af. Andere, waar ik ook niet bij hoor, willen zelf ook op de foto. Ze vragen iemand om hen voor de fontein te fotograferen. Weer andere willen samen met iemand op de foto. Ze spreken een voorbijganger aan. Grazie!, klinkt het na afloop, ook al is de kans reëel dat de voorbijganger een Koreaan is of een Senegalees. Dat is allemaal oude school. De fotograaf van de nieuwe school gaat met zijn rug naar de fontein staan, steekt zijn telefoon vooruit, en drukt af. Mensen uit de entourage, als ze maar dicht genoeg tegen de fotograaf aanschurken, mogen er ook op. Als zijn arm te kort is, monteert de fotograaf zijn telefoon op een uitschuifbare stok, en steekt die voor zich uit, weg van de fontein. Pijnlijk wordt het, als nieuwe en oude school elkaar voor de voeten lopen. Zo wil ik een foto van de fontein, maar voor me staat een dame met zo'n stok. Ze steekt hem dreigend naar me uit, de telefoon raakt net mijn neus niet, en grijnslacht ondertussen breed, voor haar foto. Mij rest geen andere optie, dan de dame met stok en al te fotograferen, in de hoop dat achter haar toch een stukje van de fontein te zien zal zijn. De bezoeker van Rome kan ik adviseren de Trevifontein over te slaan. Hij is als Manneke Pis, alleen groter. Wil men toch een foto: er bestaan heel kunstige ansichtkaartjes, professioneler van kadrering en belichting dan de gemiddelde toerist zoals ikzelf ze kan maken, en er staat niemand in de weg. 

Klik om te vergroten

maandag 4 juni 2018

4 juni


Wie op zoek zou zijn naar een leefbare bestemming voor zijn vakantie in de komende weken, kan ik Italië aanbevelen. Het land heeft zich wijselijk laten buizen voor de wereldbeker voetballen. Laat deze kelk aan ons voorbijgaan, hebben de Italianen gezegd, ongetwijfeld in het Italiaans, hoe dat dan klinkt weet ik niet. Het resultaat is een heerlijke voetballuwte. Dat ook Nederland gebuisd is, is meegenomen. De toch altijd aanzienlijke aantallen Nederlanders die hier in juni en juli neerstrijken, zullen hun oranje accessoires wel niet bij zich hebben. Oké, België doet wel mee, maar van de Belgen verwacht niemand dat ze te veel drukte maken. Doen ze het toch, dan duurt het meestal niet lang.