maandag 27 december 2010

27 december


Het is alweer een hele tijd geleden dat de spelling van het Nederlands geüpdated is. Een paar nieuwe aanpassingen dringen zich op. 

  1. Zo wordt het hoog tijd dat de ij en de ei eindelijk als è worden gespeld, althans in beklemtoonde lettergrepen. Op die manier brengen we het schrèfbeeld weer wat dichter bè de algemeen geldende uitspraak.
  2. De ui die nu algemeen klinkt als de eu van Louvain la Neuve, schrèven we om dezelfde reden als èu, om verwarring met de eu van neus te voorkomen. Dus: bè mè thèus is het goed.
  3. Overigens mag de 'd' van goed ook weg, niemand spreekt hem toch nog èut. Goe.
  4. En waarom moeten we ègenlijk de 'h' nog schrèven, waar je em toch nie meer oort?
  5. Natuurlijk wordt de i vanaf nu beter geschreven als ie. Begienen me een wiet blad, zoals ze zeggen bè et Overlegcentrum van Vlaamse Vereniegiengen.
 
Voorèut, als iedereen da nu eens doe, ies onze spelling weer een eel stuk ègentèdser.

zondag 26 december 2010

26 december


Van de vrt-nieuwsstek deredactie.be mag ik kiezen wie de 'persoonlijkheid' van het jaar moet worden: Peter Adriaenssens of Barack Obama. Ze laten me ook nog weten dat Obama eerder gevaarlijke mededingers als Marie-Rose Morel en André Léonard heeft uitgeschakeld. Zoals wel vaker is de vraag: moet ik lachen of huilen? Lachen natuurlijk. De man van het jaar is een vrouw en woont ergens in een Afrikaans dorp. Zij tracht er naar best vermogen, en met goed humeur, haar kroostrijk gezin en zichzelf, in die volgorde, in leven te houden.

donderdag 23 december 2010

23 december




België (NVA, PS, MR, CD&V, VLD, SPa, VB, CDH, Ecolo, Groen!, LDD, PP)


Nederland

Een leuk spel voor de lange winteravonden: de zetelverdeling in onze Kamer naast die leggen van de Nederlandse Tweede Kamer. Dat is niet moeilijk, want ze hebben allebei 150 zetels, een meerderheid is dus 76. Je kunt van alles doen:

Partijen tellen

Wij hebben 12 partijen in de kamer, de Nederlanders 10. Meer versnippering in België dus, maar: de twee kleinste partijtjes (LDD en Parti Populaire) hebben samen maar twee zetels (dat is zoveel als de Partij voor de Dieren in Nederland). In acht nemend dat de meeste partijen bij ons een F- en een VL- versie hebben, valt die versnippering dus nogal mee.

De grootste zoeken

De grootste partij bij ons (NVA) heeft 27 zetels. In Nederland is dat VVD met 31.
Onze PS is net één zeteltje kleiner: 26, net zoals PvdA in Nederland: 30. Die laatste partij zit daar wel in de oppositie. Dat relativeert de hier altijd herhaalde kreet dat NVA en PS, als grootste partijen en winnaars van de verkiezingen, absoluut in de regering moèten zitten (met 3 resp. 4 zetels minder dan PvdA in Nederland).

Procenten berekenen

Zo leer je dat NVA, die zich graag laat voorstaan op haar status van 'grootste partij', met 27 van de 150 zetels precies 18% van de zitjes in de federale kamer bezet. De socialisten (PS + SPa) hebben 26%, de liberalen (MR + VLD) 20,6%, de christendemocraten / humanisten (CD&V + CDH) 17,3%. Natuurlijk mag je Vlaamse en Waalse partijen niet zomaar bij elkaar optellen, maar waarom eigenlijk niet, dit is wel het federale parlement, en ik kan het ook niet helpen dat er geen Nouvelle Alliance Wallonne bestaat.

Meerderheden maken

In Nederland hebben ze een meerderheid gevormd met VVD, PVV en CDA. Die hebben samen 76 zetels: een meerderheid van 1 (één). Dat is niet slim, als je weet dat de mislukte coalitie van VVD, PVDA, Groen Links en D66 goed was voor 81 zetels. Het is nog minder slim, omdat de hele zogenaamde gedoogconstructie staat of valt met de goedkeuring van de heer Wilders en zijn PVV, een door héél veel Nederlanders niet geliefde club (met ook maar 16% van de zitjes).

In België wil men per se een meerderheid met NVA en PS, zie hoger. Die meerderheid probeert men verder te vullen met CD&V (17), SPa (13), CDH (9), Ecolo (8) en Groen! (5), samen 105 zetels. Een meerderheid van dertig zetels, dat klinkt goed, alleen weten we nu al dat die niet kan werken. Niet omdat er zeven partijen zijn, want PS-SPa, zeker Ecolo-Groen! en ook CD&V-CDH hebben hopen dingen gemeen. Wel omdat PS en NVA nu eenmaal onverzoenbaar zijn, zoals pakweg PvdA en PVV in Nederland.

PS-SPa-CD&V-CDH-Ecolo-Groen! hebben samen 78 zetels. Krap, maar nog altijd royaler dan 76 in Nederland. Of de paarse-roomse, zogenaamd 'tripartite' variant: socialisten, liberalen en christendemocraten, samen 96 zetels. Die beide meerderheden bestaan overwegend uit Frans sprekende volksvertegenwoordigers, maar het is een federale kamer, remember?


Alles weer weg

Wat je ook kunt doen is al het voorgaande met weer andere optelsommen en argumenten onderuit halen, in wisselende mate van ergenernis en verontwaardiging. Het is toch eens wat anders dan kijken naar De Slimste Mens, en het blijft natuurlijk een spel.
 

dinsdag 21 december 2010

21 december


Leedvermaak is onethisch, ik denk zelfs onchristelijk. Maar af en toe doet het wel goed. Zo'n Vlaams Belanger die betrapt wordt terwijl hij pikt uit een warenhuis in Antwerpen, net als zijn partij campagne voert tegen winkeldiefstal. Georges Verheecke, gemeenteraadslid maar inmiddels niet langer VB-fractielid. Het moge een troost zijn voor de heer Wilders: ook andere scheve clubjes hebben scheve leden.

zondag 19 december 2010

19 december


Dat is dan een voordeel van de mediamaatschappij: je hoeft niet meer naar buiten te kijken om te weten dat het sneeuwt. De televisie zal het wel laten zien. Zoveel centimeter hier, zoveel daar. En wat voor ellende de automobilisten weer moeten verduren. En hoeveel duizenden gestrande passagiers op weg naar of van hier of ginder weer niet op veldbedjes moeten slapen, is dat geen schande? En dat ze te laat strooien, en te weinig, en natuurlijk weer niet in mijn straat! Als ik in december wel even mijn verdiende rust wil halen in een land waar ik verder de naam niet van ken, maar waar de zon schijnt volgens het contract, dan moet het toch niet sneeuwen, zeker? En als het dan toch sneeuwt, dan kunnen ze daar toch wel iets tegen doen, zeker? Waarom zitten ze anders in zo'n duur en met mijn centen betaald parlement?
Ach, de winter. Er zijn er die er voor zijn, maar het is toch maar ellende. Niet de kou of de sneeuw, maar het gejammer.

woensdag 15 december 2010

15 december


Bij Peeters en Pichal, waar ze het graag hebben over allerlei vormen van verlakkerij, ging het onlangs over de godsdienstlessen in onze scholen.
Zijn die te vrijblijvend? Moet het weer meer over Jezus gaan en zijn mirakels en zijn parabels? Ik zit in mijn auto, op terugweg van de tandarts die net gezegd heeft dat ik beter moet poetsen, en schrik van de vele reacties die zeggen: jà, godsdienstlessen moeten over god gaan. De jongelui moeten weten wie Abraham was en Mozes. 

Ik ben het helemaal met het laatste eens: de bijbel zit in onze cultuur. Het is dus nuttig te weten dat Abraham zijn zoon met plezier de keel had overgesneden, als niet op het nippertje de engel was komen zeggen dat het maar een grapje van god was. Alleen horen zulke vertellingen in de les literatuur, naast pakweg Pinocchio en de helmboswuivende Hektor (in de Ilias lopen de goden elkaar voor de voeten, maar niemand verlangt van je dat je het ook nog gelooft). 

Maar verder gaat het over onderwijs, en wat daar aan de jongelui als waar wordt voorgehouden, hoort ook waar te zijn, niet speculatief. Informeren, instrueren: ja. Indoctrineren: nee. 

zaterdag 11 december 2010

11 december


Komaan maar, nog eens over politiek. Het zal wel niemand interesseren, en het gaat ook niemand aan, maar in de voorbije verkiezingen heb ik voor de senaat op Frank gestemd. Ik vond (en vind) dat een verstandige man met eerbare en stevig doordachte standpunten. Anders dan zijn partijvoorzitter (en zijn ex-partijvoorzitters) heeft hij nooit ook maar overwogen om mee te doen aan spelletjes op de televisie, maar dat terzijde.

Frank is onuitstaanbaar, dat zie je zo als hij in het openbaar verschijnt en Jan en alleman de les leest als was hij de enige die naar school geweest is. Verder is hij ook onaangepast, zie zijn stuntelige omgang met illegale partijfondsen of met frivole media zoals mobiele telefoon of e-mail.

Ik hoor dat er altijd maar luider over weer nieuwe verkiezingen gefluisterd wordt. Als die er zouden komen, en als Frank toch nog een plekje zou krijgen op de lijst van zijn partij, dan mag hij weer op mijn stem rekenen. Ik heb het echt wel gehad met die uitstaanbare politici. 

dinsdag 7 december 2010

7 december


Winterrust, weer een woord dat moest uitgevonden worden als het nog niet bestond. Winter lethargy in het Engels. Het is een mildere vorm van hibernatie of winterslaap, een truuk van dieren die slimmer zijn dan wij en als de dagen korten een gat in de grond maken en erin gaan liggen slapen tot het weer lente is. We kunnen ze alleen maar benijden.

Beren nemen zo'n winterrust. Hun lichaamstemperatuur zakt niet onder de 31°, als het nodig is kunnen ze even opstaan, wat rondlopen, en weer gaan slapen. Mevrouw beer profiteert van de rust om gauw kleine beertjes te krijgen.


Dat is wat anders dan als een neuroot in het donker door de sneeuw en de smurrie en de jingle bells op zoek gaan naar cadeautjes voor mensen die eigenlijk al lang alles twee keer hebben.

Onlangs kwam ik ook het woord Herfstvreugde tegen, met hoofdletter. Het was de naam van een rust- en verzorgingstehuis. Ja, andere heten Avondzegen. Dat soort humor hebben beren nu weer niet. 

dinsdag 30 november 2010

29 november


'Poetin en zijn eerste minister, Dmitri Medvedev, hebben echter ook herhaaldelijk benadrukt dat Rusland (...) een WK moét organiseren om een echt voetballand te kunnen worden'. 

Ziedaar een citaat uit mijn krant van 27 november, en voor wie zich af zou vragen welke krant dat is, het is De Morgen.

Akkoord, het gaat over voetbal, en dan maakt het niet zoveel uit wie nu eigenlijk eerste minister is in Rusland. Over voetbal is alle onzin toegestaan. De bal is rond.

'Het doel is om duidelijk te maken dat dit geen bid is van de stakeholders van het voetbal alleen'. 

Voor wie zich af zou vragen wie hier in De Morgen geciteerd wordt, het is Yves Leterme. Hij praat over voetbal, en dan is onzin als bid en stakeholder toegestaan.

Ik hoop dat deze uitspraak niet strafbaar is, maar voetballers en mensen die over voetbal praten zijn niet per se intelligenter dan het nationale gemiddelde.

'Het contact vervaagde. We hebben het allemaal wat laten verslodderen. De versloddering slaat toe, erg is dat. Ik heb Johanna, en Johanna heeft mij. Ik leef op Johanna. O wee als zij wegvalt, dan heb je die mensen aan wie je nu niet genoeg aandacht besteedt nodig hoor. Dan wil je opeens wel weer even bellen. Maar goed, dat is er niet uit te rammen, die sleur van alles is goed. En wij zullen later wel... Ja, ik ben een uitsteller. Het grijpt me naar de keel. Ik ben bang voor een confrontatie of zo. Bang om iemand uit het verleden te bellen'.

Jan Mulder in De Morgen van 20 november, over Chez Stans.  
Die sleur van alles is goed. Soms, heel soms, is een voetballer vele keren intelligenter dan het nationale gemiddelde. 

vrijdag 26 november 2010

26 november


Ik krijg een brief van mijn oude Hoge School. Ze willen een 'recent verschenen historisch werk even onder (mijn) aandacht brengen'. Waarover gaat dat werk?

Over de geschiedenis van 'de rechtsvoorgangers' van mijn Hoge School. Die geschiedenis begint in 1748 (zeventien achtenveertig) en eindigt in 1995. De Hoge School zelf bestaat vijftien jaar (15). Dat zijn wel veel voorgangers. 

In het boek staan '250 biografieën van belangrijke figuren' en ook nog '150 foto's uit de oude doos'.

Ben ik ook 'benieuwd waar en wanneer de rechtsvoorgangers van (mijn Hoge School) ontstaan zijn? Of wie de eerste vrouwelijke docent was? (...) Of wie deelnam aan de eerste steenlegging van onze campussen' ? 

In dat geval kan ik 'als oud-collega het historisch werk aankopen tegen de reductieprijs van 29,90 euro (i.p.v. 39,90 euro)'. Tja, de taal van de Dienst Communicatie en Cultuur is er niet echt op vooruitgegaan, sinds 1748. 

Een koopje, dat is waar, en nu ben ik wel blij dat ik zo lang voor de Hoge School heb gewerkt. Anders kon ik tien euro méér neertellen om te weten wie allemaal een eerste steen hebben gelegd, in de tijd toen de Hoge School nog niet bestond. 

Of heb ik dat weer mis begrepen?

vrijdag 19 november 2010

18 november


Ja, ik rij wel eens harder dan de wet het toelaat. Ik weet dat het niet mag, maar heel af en toe vind ik dat zo'n bord met 30 of 50 of zelfs 70 er niets staat te doen, omdat er bijvoorbeeld in geen velden of wegen een teken van leven of zelfs maar van bebouwing te zien is, en ik negeer het. Met mate, en maar eventjes, en met verhoogde aandacht voor wat zich op de weg afspeelt (meestal niets), maar ik negeer het. 

Tenzij het zo'n spookbord is met gele lampjes op een voet of een karretje, dat oplicht als ik nader en zegt: u rijdt 56 km/u. Dan ga ik onvoorwaardelijk op de rem staan. Ik hou mijn blik op het bord gericht (wat mogelijk niet zo veilig is) en volg met spanning de evolutie van mijn rijgedrag: u rijdt 53 km/u, u rijdt 51 km/u. Soms is er ook nog een mannetje dat zuur kijkt zolang ik te snel ga, maar plots breed glimlacht en zegt: u rijdt 48 km/u. Dan glimlach ik altijd terug. 

Met borden is het als met mensen: je wilt veel voor ze doen, maar ze moeten wel tegen je praten






zondag 14 november 2010

13 november


Wat zie ik iedereen graag, en als ik iemand vergeet is dat geheel mijn fout, sorry!
Hoewel, de ranke madam met haar groene brilletje die vandaag voor me stond aan te schuiven bij Colruyt, nee.
Achter haar stond een ventje van een jaar of acht, met in zijn handen een brood, één brood, en een tekening die hij gekleurd had, vast voor zo'n wedstrijd van Colruyt. Nu was het behoorlijk druk bij Colruyt, en de madam moest wachten op de mensen voor haar, die een volle kar hadden. Zelf had de madam een overvolle kar, en op die kar was ze zo gefocust dat er geen oog meer was voor het mannetje achter haar, met zijn brood. Ook de wachtenden in de rij links en rechts van ons, dat wil zeggen van mij en de madam, hadden geen oog voor het jongetje met zijn brood. Natuurlijk had ik moeten zeggen: Dames en heren, mag dat baasje niet even voorgaan? Maar ik zei het niet. Sorry!

woensdag 10 november 2010

10 november


Als er niets is op de televisie en het is al donker en toch nog te vroeg om naar bed te gaan, dan wil ik wel eens nadenken over de Vlaamse identiteit.
Vlamingen puren hun identiteit uit hun taal. Dat zie je aan hun vijandbeeld.

[Hoe zo, vijand? Wel ja, het kan ook Club zijn (bij Cercle), of de boerkes van buiten (in 't stad), of de dikke nekken van 't stad (op de buiten).]
 
De vijand van de Vlaming is de anderstalige, bij uitstek de Franstalige. Zelf spreekt de Vlaming Vlaams, al wil hij dat liever niet zo gezegd hebben. Nederlands, zegt hij. Daar moeten ze in Nederland om lachen. 
 
Als het dan toch over taal moet gaan: er is een omgekeerd evenredige verhouding tussen de krampachtige manier waarop de Vlaming zich aan zijn taal vastklampt, en de al maar onbeholpener (en onbehouwener) manier waarop hij zich van die taal bedient.

'Gene zever', dat soort Nederlands. Eisen dat inwijkelingen in Sint-Pieters-Leeuw zulk koeterbergs gaan spreken getuigt niet meteen van, ja, waar getuigt het wel van? 

dinsdag 9 november 2010

9 november (bis)


Jij kleeft, Fun geeft!

Ziedaar met grote voorsprong de stomste slogan van 2010, en nu al een ernstige kanshebber voor Stomste Slogan van de Eeuw. Het zal een on-waar-schijn-lijk stomme slogan moeten zijn die deze slogan van Fun nog in stomheid overtreft. Ik zal het gelukkig niet meer beleven.

9 november

 
Hangbuikzwijn

Met verbazing vond ik op Google 78 hits voor het woordje pedaalzak. Ik dacht namelijk dat ik het zelf had bedacht. Nee dus, het bestond al. Een pedaalzak is een pedaalemmerzak (7230 hits), wat de Engelsen een bin liner noemen.

Maar: de 78 pedaalzakken die ik op Google vond, waren allemaal van plastic.
Mijn pedaalzak is van vlees en bloed. Een zak, maar dan erger, zij het niet zo erg als een klootzak.

Scheldwoorden zijn leuk, al vind ik niet dat je ze tegen de betrokkene moet zeggen. Je krijgt alleen maar ruzie, en dat is tijdverlies, want ruzies moet je later toch weer bijleggen (meer tijdverlies). Beter is het te schelden waar niemand bij is: je maakt geen vijanden, en het lucht toch op.

'Politieagent filmt jacht op hangbuikzwijnen', las ik gisteren op deredactie.be.
Kijk, nog zo'n prachtig scheldwoord. Niet politieagent, maar hangbuikzwijn.
Ik ken er wel een paar, maar wie dat zijn zeg ik niet. Tijdverlies. 

 

vrijdag 29 oktober 2010

29 oktober



Ons land België weer binnenrijdend na een tijdje afwezigheid vraag ik mij als steeds af welke borden er nu langs de weg zullen staan. 'Crache test', je kunt daar niet naast kijken. Speekseltests vanaf 1 oktober, voor mij niet gelaten. Hoe zouden ze dat in het andere deel van ons land België zeggen? 



Tja. Gelukkig zag ik nog andere slogans. 'Merde aux éoliennes', gekalkt op de pijler van een viaduct. Dat vind ik nu niet, ik ben voor de windmolens. Maar het klinkt wel prachtig. Er staan ook nogal wat bordjes met 'route dégradée', maar die stonden er vorig jaar ook al, en het jaar daarvoor. Het is wachten op 'Merde aux routes dégradées'.

Dan rijd ik mijn stad S binnen. 'Republiek Vlaanderen', op een affiche van twintig vierkante meter. Zo, ik ben weer thuis. Soit. Merde pour les emmerdeurs.

donderdag 28 oktober 2010

28 oktober

Wat is dat met dat woordje 'heikel'? Ik heb het nog nooit gehoord. Dat wil zeggen, in een gesprek met mij heeft nog nooit iemand gezegd dat iets heikel was. Mogelijk heb ik het wel eens op radio of televisie gehoord, maar dat telt niet.

Zien, dat is wat anders. In de krant die ik lees wemelt het van de heikele thema's, punten, onderwerpen, kwesties en andere zaken. Daar moet ik niks van. Woorden horen eerst aan de toog te vallen, of op straat, of thuis in de keuken, en pas als ze daar hun strepen verdiend hebben, mogen de journalisten ze ook gebruiken. Ook dan nog zou ik ze aanraden er spaarzamer mee om te gaan. Er staat veel te veel in de krant, en veel te weinig dat thuis in de keuken overeind blijft.


zondag 24 oktober 2010

24 oktober

'Please left the closed door'. De Fransen willen wel eens Engels gebruiken, maar dan op hun manier. Is de gesloten deur links? Nee. Het is de deur van een verwarmd sanitair gebouwtje, en de bezoeker wordt verzocht ze toe te houden. Een zinnig verzoek, gezien de barre temperaturen rond deze tijd in Champagne - Ardenne.

In hun eigen taal zijn ze beter. 'Toutes les deux heures, une pause s'impose', in grote letters boven de A75 ergens benoorden Millau. Poëzie op de autoroute, ik heb dat in België nog niet gezien. En goed advies bovendien, dat ook elders uitstekend van pas komt. Overal, om precies te zijn.

donderdag 21 oktober 2010

21 oktober

Wie graag lyrisch doet over de lijnen van de Concorde heeft nog nooit een flamant rose zien optsijgen uit l'étang de Bages.

Lyrisch doen kan ook over de succulente bavette die ze 's middags serveren in de Halles van Narbonne. 'Michel, deux bavettes, deux!' roept de baas naar de beenhouwer in het stalletje aan de overkant, al dan niet door zijn megafoon. De bavette wordt in een papiertje verpakt keurig over de hoofden van de marktgangers naar het eetkraam gegooid. Een paar minuten later ligt hij op je bord, blauwachtig rood, hij smelt op de tong. Geen kelners in rare pakjes van doen.

Of over de oesters: er zijn oesters en oesters. De oesters van Bouzigues: stevige, dikke, ruwe oesters, van buiten en van binnen. Die van Leucate zijn fijner, gladder, minder zwaar op de maag. In Gruissan hadden ze alleen extra grote. Je moet ze in twee keer opeten, na zes heb je niets meer nodig.

Oesters zijn op hun best bij de producteur. Een pretentieloos eethoekje in of bij de werkplaats, bediening door de ostréiculteur him/herself die tussen het harde en natte labeur gauw ook nog de klanten helpt, met zijn rubber laarzen en gele olieschort aan.

In La Perle Gruissanaise moet je zelf je brood meebrengen, of een dessert, als je dat nog zou willen. Je mag bestellen, maar men verzoekt je het gevraagde zelf op te halen. Papieren servetjes, plastic kommetjes, ongemakkelijke krukken, wijn uit een waterglas: dat durven ze in de pluche etablissementen van het achterland niet proberen.

maandag 18 oktober 2010

17 oktober


Er zijn er die schelpen rapen. Er zijn er die op een zeilplank te water gaan. Er zijn er die de hond uitlaten. Er zijn er die zandkastelen bouwen. Er zijn er die frisbee spelen met een flesje bier in de hand. Er zijn er die achter een bal aanrennen. Er zijn er die zwemmen. Er zijn er die met opgerolde broekspijpen in de vloedlijn lopen. Er zijn er die op een bankje zitten. Er zijn er die elkaar kussen. Er zijn er die in het zand liggen. Er zijn er die met de kindjes spelen. Er zijn er die boeken lezen. Er zijn er die telefoneren.
Er zijn er die vliegers oplaten.
Natuurlijk, sommige dingen kunnen thuis ook.

maandag 11 oktober 2010

8 oktober

Ik ben al één keer eerder in een McDo geweest. Dat was in Rome, jaren geleden. Ik ging er geen eten halen, maar een plattegrond van de stad. Een paar Amerikanen hadden gezegd dat ik die er zou vinden.

En nu dus weer, vandaag in Sigean. Dit keer kwam ik voor de WiFi die ze bij McDo hebben. Je moet er wel iets bij bestellen.

Ik moet zeggen, de WiFi was uitstekend. Anders dan het kartonnen bakje waaruit ik hun eten met een plastic vorkje op moest scheppen. En de muziek van Michael Jackson: I'm bad. En het eten zelf, bien sûr.

OK, ik hou het zoals het was. Enemy territory. Alleen in zeer hoge nood te betreden, ik mag hopen niet te vaak meer.

vrijdag 8 oktober 2010

6 oktober


Op korte tijd heb ik drie Italiaanse boeken gelezen, en ze zijn alledrie uitstekend. Ik weet het, statistisch stelt het niets voor. Het is alsof je drie Vlaamse liedjes na elkaar zou horen, en ze waren alledrie goed. Ik geef nog iets toe: de namen van de schrijvers nemen mij in. Paolo Giordano, Niccolò Ammaniti, Sandro Veronesi. Het klinkt als Paganini. Mijn oordeel zal dus wel nergens op slaan, maar dat geldt voor de meeste oordelen. In elk geval weet ik nu al wie op mijn lijstje komt, als ik voor Kerstmis weer wat tips mag laten vallen.

woensdag 29 september 2010

29 september

Weg zijn van huis heeft zo zijn voordelen. Een ervan is, dat niemand loopt te zeuren over een 'Copernicaanse omwenteling'. Ik verneem dat ze elkaar in het thuisland met die frase om de oren slaan, in bepaalde kringen.

Ik moet iedereen verzoeken de woorden in mijn bijzijn niet uit te spreken. Ze zijn beledigend voor Copernicus, en getuigen van een gigantische zelfoverschatting. Het Gewest Vlaanderen is de zon niet, Kris Peeters geen zonnekoning. In andere delen van de wereld zou het Rijk van Peeters een middelgrote stad zijn, hij zelf een saaie burgemeester.

maandag 27 september 2010

27 september

Gelezen, van Fred Vargas: Maak dat je wegkomt (Pars vite et reviens tard).

Anders dan 'Fred' doet vermoeden, is de auteur een vrouw, 'van beroep archeologe, gespecialiseerd in middeleeuwse dierlijke skeletten'. Dat laatste is nu eens iets waar ik me echt niets bij voor kan stellen.

Maar het is OK, want Maak dat je wegkomt is een zeer genietbaar, geestig en spitsvondig verhaal. Natuurlijk gaat het ook weer over lijken die gevonden worden en een rare poltiecommissaris die moet uitzoeken wie het gedaan heeft, maar in deze policier is dat eigenlijk maar bijzaak.

Hoofdzaak is de pest, en hoe een hele stad (eigenlijk twee, Parijs en Marseille) in geen tijd, en met maar een beetje hulp, ten prooi kan vallen aan angst en middeleeuwse superstitie.

De slimme en natuurlijk erg warrige speurder Jean-Baptiste Adamsberg wordt pas in het vierde hoofdstuk opgevoerd. Tegen die tijd was ik zo op de andere personages verslingerd, dat de flic voor mij niet meer hoefde.

'Pars vite et reviens tard' is een vrije vertaling van Cito, longe fugeas et tarde redeas, een eeuwenoud advies voor mensen die door een pestepidemie worden overvallen: wegwezen! Er lopen in het boek prachtige figuren rond, zoals Joss De Guern, ex-zeeman uit Bretagne, bij wie alles begint maar die naar het einde toe tot spijt van de lezer zo goed als uit het verhaal verdwijnt.

In wezen gaat het boek over manipulatie: het brein ontkomt, de uitvoerder weet nergens van, die die denkt dat hij de dader is, is het niet.

'Wie bijgelovig zegt, zegt gelovig', vervolgde Decambrais eenmaal losgebrand. 'Wie gelovig zegt, zegt manipulatie en wie manipulatie zegt, zegt catastrofe. Dat is een plaag van de mensheid die meer doden heeft veroorzaakt dan alle pesten tezamen'.

Fred Vargas, Maak dat je wegkomt (Pars vite et reviens tard)


maandag 20 september 2010

20 september


De voormalige judocoach DD van de naar hem genoemde partij staat castratie van pedofiele bisschoppen voor, door middel van twee bakstenen, door hem zelf te bedienen indien gewenst. Ook mogen hem niet goed gezinde ministers op een flitspaal worden gezet en met eieren bekogeld. Gespierde uitspraken, die vast op bijval kunnen rekenen in menige huiskamer en aan de cafétoog.

DD vermoedt verder een samenzwering tussen kardinaal op rust Godfried Danneels en diens broer, van wie de laatste de Belgische justitie heeft verkocht aan de kerk. 'Alles hangt samen', zegt DD - het ultieme credo van de conspiracy theorist. Ooit blijkt dat Paul Vanden Boeynants achter de moord op J F Kennedy zat.


Wat de castratie met bakstenen betreft, ik weet niet of deze vorm van rechtsuitoefening in Iran bekend is. Overspelige vrouwen tot het hoofd in een put in de grond steken en met stenen bekogelen tot de dood erop volgt kan er in elk geval wel. Er is nog ruimte voor DD om zijn standpunen wat aan te scherpen.


Nu, de meer redelijke lieden onder ons wisten al dat er met deze DD iets mis was lang voor B. De Wever ooit besloot hem in zijn partij op te nemen. Dat laatste lijkt nu wel vergeten, of is het vergeven.

zaterdag 18 september 2010

18 september


De gids laat de mozaïeken zien van de Gallo-Romeinse villa. Ze doet dat zeer voortreffelijk, in de mate dat de bezoeker bij momenten vergeet zich op de gekleurde steentjes te concentreren. In de privévertrekken waren die steentjes groter, de motieven simpeler. Die zag toch niemand. Maar in het publieke deel, waar al eens volk van buiten kwam, was niets te duur of te goed. De blauwe kleur, die uit de Oriënt werd ingevoerd, kostte meer dan goud. Die was alleen te zien in de ruimte waar de eigenaar het voetvolk ontving. Hij zat natuurlijk een trapje hoger, de wanden van de audiëntiehal waren met marmer bekleed. 'Vous voyez bien que tout cela est fait pour impressionner', zegt de gids nog. Ja ja, denkt de bezoeker.

vrijdag 17 september 2010

17 september












Het is stilaan avond, ik zit in Le Tambourin, voor een keer binnen, want het regent een beetje en de lucht zit donker. 'Nooit meer dan een dag of twee', zegt de baas als hij langskomt. 'Il faut juste que le vent tourne'. Morgen zit hij vast weer in 't noorden, en dan blaast de Mistral alle wolken weg. Dat is dan goed nieuws. Twee minuutjes later is de baas er weer. 'Regardez les drapeaux', zegt hij. En ja, ze waaien recht l'étang de Thau in, zuidwaarts. 'Demain après-midi', zegt de baas, 'le soleil sera de retour'. Dat was gisteren. Vanmiddag zit ik in de zon mijn stukkie te schrijven.
Some people have all the luck, denk ik. Wie hier geboren wordt, is al een heel eind op weg.

donderdag 16 september 2010

16 september

'De invulling van monseigneur Harpigny toont misschien het onderscheid tussen de Latijnse en de Germaanse mentaliteit', heeft de bisschop van Antwerpen Bonny gezegd naar aanleiding van uitspraken van zijn collega uit Doornik (Deredactie.be, Pedofilie-affaires splijten de Belgische kerk). 'De Vlaamse houding is er niet een van grote woorden. We zijn daar zelfs allergisch voor.'

Waar heeft die bisschop het nu plots over? Hoe veel dommer, belachelijker en wereldvreemder kun je het maken? Wat zegt de Heilige Geest van dit soort cafépraat? Latijnse mentaliteit, in Doornik! En dat eeuwige hypocriete 'misschien'. Is het zo, Bonny, of is het niet zo? Sinds wanneer heb ik als inwoner van het Gewest Vlaanderen een 'Germaanse mentaliteit'? Houdt die dan op in Ronse? En sinds wanneer zit iedereen maar wat in te vullen in het Belgisch episcopaat?

Allergisch voor grote woorden, ik denk het niet. Voor stomme, dwaze, achterlijke woorden des te meer. Voor woorden van mannen met punthoeden helemaal.

woensdag 15 september 2010

14 september

'Je gebruikt momenteel 37 MB (0%) van je 7497 MB.' Dat lees ik onder mijn gmailaccount bij Google. Zo'n bericht is erg slecht voor mijn ego, en dan heb ik het niet eens over de 'je'. Ik ga ervan uit dat ze bij Google, waar de oudste werknemer waarschijnlijk net geen vijftien is, het voornaamwoord 'u' niet meer kennen. Dat weze dan zo, en 'weze' kennen ze a fortiori helemaal niet ('a fortiori' kennen zelfs hun ouders niet meer).

Ik heb het over die 0%. Nul! Dan denk ik dat ik toch af en toe een beetje met mijn computer in de weer ben, dat ik op mijn eigen bescheiden manier een heel klein beetje meedraai in het mondiale cybergebeuren. Dat het niet veel voorstelde, dat wist ik, en daar kan ik mee leven. 37 MB, vooruit, voor mij was dat genoeg. Maar nul procent! Weten ze wel hoe het woord 'nul' klinkt bij Google?

Ik kan net zo goed weer een blok gelijnd briefpapier aanschaffen en een velletje postzegels met smurfen erop. Heb ik iemand iets mee te delen, dan stuur ik wel een briefje. Dat is ook nog eens virusvrij, want postzegels en enveloppes plakken tegenwoordig zonder speeksel. Speeksel, zouden ze dat woord nog kennen bij Google?


zaterdag 11 september 2010

11 september


De slechtweerprofeten maken mijn leven moeilijk. Sta ik op, schijnt de zon. Kom ik iemand tegen, ik zeg: Da's nogal eens een weertje, hé? Zegt hij/zij: Ha ja, maar dat zal weer niet lang duren. Ze roepen voor morgen regen af.

Varianten overal. Lekker weertje, wat? Ja, nou, precies. Hoewel, ik hoor hier net op de Wereldomroep dat het morgen zwaar gaat gieten.

Of: Jongens, wat een zalige dag. Zeg dat wel. En geniet er maar van. Frank Deboosere zegt dat het morgen weer gedaan is.

Ja ja, 't is al goed. Nog iemand?

vrijdag 10 september 2010

10 september


Je kunt in gedachten naar Sète zwemmen. Zelfs ook in het echt, toch een eindje. De hele weg is te ver. Maar wat een genot, te zwemmen in l'étang de Thau terwijl je de bult van Sète voor je ziet, tegen die achtergrond van blauw die ze elders niet hebben. Met wat geluk kom je onderweg een tros oesters tegen, die mag je niet laten liggen. Even goed is niet zwemmen, maar drijvend op je rug naar de hemel kijken. Er komt wel water in je oren, maar dat gaat er straks weer uit, als je op je strandhanddoek ligt te drogen. Nog andere mensen liggen daar ook te drogen, je hoort ze bezig in het Duits, het Engels, het Nederlands, het Russisch, het Italiaans, een enkele keer zelfs in het Frans. Elle est bonne? Tais-toi, Mathieu!

dinsdag 7 september 2010

7 september

Over geluiden valt veel te zeggen. Daar luidt wat. Maar hoe luid? En hoe luidt het? Van klaterende beekjes wordt iedereen vredig. Kwetterende vogeltjes. Maar niet om zes uur 's ochtends na een nachtje stappen, graag. Een geluid dat mij deprimeert is dat van dobbelstenen op een houten bord. De nutteloosheid ervan, de moedeloosheid. Ik kan mij voorstellen dat ook het geschuif van de pionnetjes over het spelbord hoorbaar is, een gruwel. Toch zijn andere mensen dol op het gerol van dobbelstenen. Ze vinden het een vrolijk, onschuldig, opgewekt geluid. Zo is het altijd.

Nu, ik leef liever met een buurman die 's avonds in zijn tuin zit te ganzeborden dan een die zijn televisie aan heeft, of zijn radio, of een ander tuig waar geluiden uitkomen die op een heel andere plaats gemaakt zijn, en vaak een heel ander moment. Speel dan zelf theater, of trommel of zing een beetje. Het mag best vals zijn. Liever een vals zingende buurman dan een die uitpakt met Bach uit zijn Bang en Olufsen.

6 september


Ik denk dat ik niet populair ben. Dat leid ik af uit de e-mails die ik krijg. Niet dat het er weinig zijn, ik krijg hopen e-mails. Alleen komen ze, op een zeldzame uitzondering na, tegenwoordig allemaal van Aldi en Lidl. 'Uitzonderlijk nazomervoordeel op textiel', staat er dan, of: 'tuinschaar met rolsysteem'. Met sms'jes is het nog erger, maar daar heb ik toch minder last van. Anders dan mijn e-mailadres is mijn gsm-nummer een redelijk goed bewaard geheim. Enkel mijn nauwste bloedverwanten en een paar vrienden en intimi hebben er weet van. Zij sms'en mij zelden. Krijg ik toch een bericht, dan komt het vast weer van Scarlet, of van een andere provider die mij laat weten dat ik nu in Frankrijk ben. Alsof ik dat niet gezien zou hebben aan de staat van het wegennet. Laatst belandde ik met mijn gade per ongeluk op een heel slecht stukje weg in de buurt van Nîmes. 'Kijk', zeiden we samen op precies hetzelfde moment, zoals dat wel meer voorkomt bij mensen die al een kleine halve eeuw elke dag samen optrekken. 'Het lijkt België wel'.

zondag 5 september 2010

5 september

Zondag, marktdag. Die sla ik maar eens over. Ik heb pas op de markt van Villeneuve-lez-Avignon een groene hagedis gekocht, die ik thuis aan de voorgevel vast wil maken. Hagedissen brengen geluk, schijnt het, of zijn dat gekko's of salamanders. Het maakt niets uit.

Villeneuve was de stek van de kardinalen in de tijd dat de paus zelf over het water in Avignon zat. Volgens mij hadden de kardinalen dat best getroffen: het is goed toeven in Villeneuve, geen drukte om je oren, en de behuizing moet goed geweest zijn, als je ziet wat er nu nog van overblijft.

Zondag, wasdag dan maar. Voor mijn huis heb ik een lange waslijn gebouwd waar al het boven- en ondergoed nu in een licht briesje hangt te zwaaien. Een beetje ongeduldig wacht ik op etenstijd, als de oesters op tafel komen. Uit l'étang de Thau, recht van de producteur, die hier 's avonds als barman doubleert. Zo'n dubbel leven, dat lijkt me wel wat.

1 september

Ik zit ergens te velde in wat oude Knacks te lezen (met dank aan L & M). Een stuk gaat over 'De erfenis van de Volksunie' en is een gesprek met drie stilaan bejaarde oud-vendelzwaaiers: Nelly Maes, Johan Sauwens en Jaak Gabriëls. Ze hebben niet veel te vertellen, maar wat doet het ze deugd na al die tijd nog eens vijf volle pagina's te krijgen, met foto's in kleur. 'Toen ik begin jaren negentig samen met Guy Verhofstadt de VLD oprichtte', zo begint Gabriëls een uiteenzetting die ik van stomme verbazing niet verder lees. Dat Gabriëls Bree heeft opgericht, ja, dat wist ik wel.

31 augustus

Ik zit met mijn gade een slaatje te eten bij Ginette et Marcel. Mijn gade eet de tarte salée du jour, ik een salade Ginette (met ei en ham en vooral veel sla). De zon schijnt, een matig getalenteerde straatmuzikant speelt en zingt de blues. Na afloop laten wij ons door Marcel fotograferen aan tafeltje nummer 40. 'Mais comment vous avez fait?' vraagt hij. We weten het zelf ook niet.

woensdag 1 september 2010

28 augustus

Ik heb het mandje met de aardappelen en de sjalotjes in de boom gehangen. Dat moet u niet doen, zegt de man van l'Ile de la Réunion (ik dacht eerst dat hij Lille gezegd had). De eekhoorns zullen ze opvreten. Hij kan het weten, hij is hier al drie maanden. Het gesprek kabbelt wat voort, valt op de onvermijdelijke kwalen. Twaalf operaties op een jaar, zegt hij. Chemo, bestraling, de hele winkel. Een tumor op de nieren als een vuist. Hij toont zijn vuist. U bent wel prachtig hersteld, zeg ik hem. Touchons du bois, zegt hij.

26 augustus

Gelezen: Herinnering aan mijn droeve hoeren van Gabriel Garcia Marquez (Memoria de mis putas tristes). Over oud worden. 'Op een dag ontbeet ik tweemaal omdat ik de eerste keer was vergeten', dat was 'in de loop van mijn vijfde decennium'. Maar als het verhaal begint wordt de verteller net negentig. 'Ik word oud, weet je', zei ik. 'Dat zijn we al', fluisterde zij. 'Alleen, dat voel je zelf niet vanbinnen, maar iedereen ziet het aan de buitenkant'.


donderdag 19 augustus 2010

19 augustus

Gisteren per sms een bericht ontvangen van de telefoniste van Scarlet. Zij laat mij weten dat de installatie van mijn Scarlet-abonnement 'kan worden ingepland'. Dat is even schrikken. Ingepland? Is die d zo bedoeld of een tikfout? Ik krijg een nummer 'voor een afspraak te maken met onze technieker'. Toch een tikfout, waarschijnlijk.

Ik sluit nu niet helemaal meer uit dat er dan toch nog iemand anders bij Scarlet werkt, en dat deze technieker, mogelijk de man of de vader van de telefoniste, zelfs op de gestelde datum opdaagt voor mijn abonnement in te planten.

maandag 16 augustus 2010

16 augustus

België is best een aardig land om even uit weg te gaan. Kom je weer thuis, dan kun je zien wat er intussen veranderd is. Verbeterd, zou dat moeten zijn. Is het een regendag, zoals 15 augustus dit jaar, dan valt dat meteen al tegen.

Nee, de wegen zijn niet beter geworden. Nee, de campagnes voor veilig verkeer ook niet (Papa, je viel weg...) Dat nooit, nergens, onder geen enkele voorwaarde iets kan eindigen op drie puntjes, dat hebben ze ook nu weer tijdens je afwezigheid niet geleerd in België.

Nee, er zijn geen nieuwe wegrestaurants geopend en nee, de enkele bestaande zijn niet schoner en uitnodigender geworden. Het blijft zoeken naar de prijs op de koffieautomaten (1,20 €) en naar een lepeltje of desnoods een plastic stokje om mee in je soepje (enkel tomaat) te roeren (onvindbaar).

Nee, er is geen nieuwe regering (akkoord, in Holland ook niet) en nee, er zijn geen nieuwe ideeën, tenzij om eens een wereldbeker voetballen te organiseren (akkoord, samen met Holland), maar je bedoelde goeie ideeën, en nieuwe.

België is best een aardig land om even uit weg te gaan.



zondag 15 augustus 2010

15 augustus

Gelezen: Datumloze dagen, van Jeroen Brouwers. Vaders en zonen, alweer. Conceptie, leven, ziekte, dood, tijd. Gewild of ongewild, het gaat toch door. Praten helpt niet, goede bedoelingen lopen vast in onbeholpenheid. Dit boek is veertig jaar na Joris Ockeloen en het wachten geschreven: die Brouwers blijft zichzelf wel trouw.

Jeroen Brouwers, Datumloze dagen



donderdag 12 augustus 2010

9 augustus

Pas uitgelezen: Ik haal je op, ik neem je mee, van Niccolò Ammaniti (Ti prendo e ti porto via).

Wat mis ik ze nu al: kleine Pietro Moroni en zijn slome broer Mimmo, de grote Graziano Biglia, zijn gitaar en zijn driehonderd mokkels, van wie de laatste altijd de beste is (niet de dwaze stoot Erica Trettel, maar onfortuinlijke schooljuf Flora Palmieri). En natuurlijk Gloria Celani, die alle vrouwen in schoonheid overtreft (en in wijsheid), ook al is ze nu nog een tiener.

De hele stoet dwaze bewoners van het schiereiland, door drank en/of obsessies geplaagde mannen (tetters! ballen! auto's!) en vrouwen (eten! cinema! cellulitis!) Fascist-flic Bruno Miele, zijn groteske vader Italo, de met zelf opgelegde stomheid geslagen Gina Biglia ('Graziano, zeg eens eerlijk, hoe zijn die niertjes?') , Max (Massimiliano) Franzini en Martina Trevisan in een gesmaakte bijrol van niet erg gemotiveerde studenten.

Een onbeschaamd vrolijk doordenderend verhaal over domheid en zijn attributen (leugens, intimidatie, geweld.) Goede wil duikt op de raarste plekken op. Zelfs de kwaadaardige etter Federico Pierini heeft het in zich om 'Jij hebt gewonnen' te zeggen, en Graziano weet het altijd weer: 'Ik heb een fout gemaakt!'

Maar het helpt niet veel. Een vrouw gaat dood, waardoor ze de ene held in de ellende stort (toch voor even), de andere een onverhoopte kans geeft op ontsnapping.

Moraal: de braafste jongetjes krijgen het meest op hun kop, wie de grootste bek opzet komt het eerste weg, wie bang is krijgt ook slagen. 'Mijn schuld.' 'Zeg dat nog eens.' 'Mijn schuld.'

Niet vergeten: Mariuccia Gatta, onderdirectrice van de school, machtsgeil, geborneerd, vals - kortom geheel naar het leven getekend.


Niccolò Ammaniti, Ik haal je op, ik neem je mee (Ti prendo e ti porto via)

3 augustus

Ik heb dat ook, zo'n piepklein schriftje en een potloodje, waarmee je alles wat je opvalt meteen vast kunt leggen, voor later, als je 's nachts aan je schrijftafel zit en een roman maakt. Want het zijn toch de levensechte details die het verhaal geloofwaardig maken, is dat niet zo? Zeer zeker. Maar welk vehaal? Tja, dat moet ik wel nog verzinnen, natuurlijk. Dat staat niet in het schriftje.

1 augustus

Ter hoogte van Charleroi verschijnt een vrachtwagen voor me. Op de achterdeuren tekent zich beetje bij beetje een lekkere meid af, onder de slogan 'Kijken kost niets'. Ik kijken dus, en nu zie ik ook de naam 'Scarlet' staan. Die trekt pas echt mijn aandacht. 'Nu ook met digitale televisie', lees ik nog. 'Ha!' zeg ik tegen mijn gade die ook als co-piloot fungeert. 'Dus toch!'

Sinds ik in december 2009 die digitale televisie bij hen besteld heb, ben ik elke dag wat meer aan het bestaan van Scarlet gaan twijfelen. Bij mij is de overtuiging gegroeid dat Scarlet in werkelijkheid een telefoniste is op een zolderkamertje in Brussel, of in Calcutta, die de hele dag mensen als ik te woord staat die willen weten waarom hun digitale televisie na zo of zoveel maanden (in mijn geval stilaan acht) nog altijd niet is geïnstalleerd. Maar kijk: Scarlet heeft zelfs vrachtwagens, die echt rondrijden op de ring van Charleroi.

Of toch weer niet? Want als ik de vrachtwagen inhaal, prijkt op de zijkant een heel andere naam, in heel andere, niet-rode kleuren, van een vervoerbedrijf dat waarschijnlijk wèl bestaat, en niet te beroerd is om zijn achterdeuren te verhuren aan de telefoniste van Scarlet.

Ach, digitale televisie. Wat moet je er ook mee.

Hors série

Een vent die een detectiveverhaal wil schrijven heeft na negen dagen zwoegen het eerste hoofdstuk af, waarin hij het stadje P beschrijft, het marktplein, het voetbalterrein, het viaduct over de spoorweg, het braak stuk grond bij het kanaal en het verliefde stelletje dat, daar wandelend, de voeten van het lijk ziet uitsteken van onder een verschoten stuk linoleum, en dan denkt hij: wat nu? En dan denkt hij: hoeveel verhaaltjes beginnen er al niet met een lijk, en gaan dan eindeloos door over hoe het daar gekomen is en wie dat heeft gedaan? En dan denkt hij: foert, laat de politie het maar uitzoeken, en hij klikt op Edit, Select All, Delete en loopt naar buiten voor zijn avondwandelingetje in het bosje, waar hij van achteren een klap op zijn kop krijgt met een zwaar stomp voorwerp, zoals een loden pijp of een honkbalknuppel, en als een verstoppertje spelend jongetje drie weken later niet een beetje was verdwaald, lag hij nu misschien nog onder de varens en het kreupelhout. Maar de gepensioneerde hoofdonderwijzer van P, die ervan hoort, vraagt zich af: wie zou hem die klap gegeven hebben, en waarom?

zaterdag 24 juli 2010

24 juli

Wat hààt ik small talk. Hoe het weer is, daar is Frank Deboosere voor. De prijzen van de dingen: Karel de Gucht. God? Paus Ratzinger. Kan het aub eens over iets ànders gaan?

Zeker. Over antikleuroverdrachtdoekjes. Ze zijn niet duur (2,99 € voor 20 stuks) en mogelijk doen ze zelfs wat de verpakking zegt: de kleuren in de was vasthouden. Bij Aldi.

Ik stel het volgende gesprek voor:

A “Hé, wat heb je daar in dat zakje?”

B “Waar? Ach, dit hier. Gewoon, antikleuroverdrachtdoekjes. Je weet wel”.



zondag 18 juli 2010

18 juli

Mousewives: huisvrouwen die op het internet gaan. In het VK doen ze dat met 47% van hun vrije tijd, het wereldrecord. Wat voeren ze daar uit, op dat internet?

Messing around, schrijft Zoe Williams, van wie ik het woordje heb, in The Guardian van 17 juli (What do women get up to online?)

Ook stiekem snuiten in de maibox van hun man, en in zijn surfgeschiedenis. Meestal saaie lectuur, zegt ze, het lijkt wel Dan Brown. Maar ook wel spannend, je zit daar met klamme handjes.

Het web is een con artist's fairground, schrijft Williams, een speeltuin voor louche types. Eenzame surfers op zoek naar wat aandacht zijn een hapklare prooi voor oplichters, jihadisten, perverten van alle kleuren. Lang niet altijd mannen: Joann Wood, Vanessa George, Colleen LaRose alias Jihad Jane.

Tja. Wat somber. Gelukkig zijn de meeste mousewives met nuttiger dingen bezig. Bijna de helft verdient geld online, één op twintig meer dan 200 pond per week. Nu geld in het laatje brengen, dat deden huisvrouwen voor het net ook al.

http://www.guardian.co.uk/technology/2010/jul/17/women-and-the-internet


donderdag 15 juli 2010

14 juli

'In alle staten', hoor je wel eens. Dat zijn er veel. Laatst botste ik op een staat waar ik, voor zover ik weet, nog niet in geweest ben.

De fugue state, of dissociatieve fugue. In die staat verdwijn je op een mooie dag plots ergens naar toe. Je hangt er rond, niemand heeft iets in de gaten, tot vroeg of laat toch iemand wil weten wat je daar doet, of wie je bent en wat je naam is, en waar je vandaan komt. Je hebt geen idee. Je geeft een naam op, maar het is niet de jouwe. Die ben je vergeten, met al de rest.

Mogelijk is de toestand na een paar uren of dagen voorbij, soms is het weken of maanden. Al die tijd is het behelpen. Je zegt dat je een gat in je hoofd hebt, maar niemand die het gelooft. Als het over is, weet je alles weer, alleen niet wat er in je fugue state gebeurd is.

Agatha Christie verdween zo op 8 december 1926 uit haar huis in Berkshire in zuid-Engeland. Pas elf dagen later werd ze gevonden, in een hotel in Yorkshire helemaal in het noorden, waar ze verbleef als Mrs Teresa Neele uit Zuid-Afrika.

Geheugenverlies, zegden de dokters, maar volgens het publiek had ze het allemaal verzonnen. Daar was ze tenslotte goed in.

zaterdag 10 juli 2010

10 juli

Ha de komkommertijd! Meestal leef ik in juli en augustus met een complete nieuwsstilte. Een enkele keer koop ik in Buis-les-Baronnies de Libération, die zich geen ene bal om de waan van de dag bekommert. Saai, akkoord. Maar goed gemaakt, en slap gelul over het weer of de files op de Route du Soleil moet je er niet in verwachten.

Dit jaar helaas ben ik op de Vlaamse media aangewezen. 'Op weg naar de eerste officiële hittegolf' heet het daar, of ook: 'Onweer trekt van Brussel naar Antwerpen'. Stel je voor dat een onweer van Antwerpen naar Brussel trekt. Dat houdt de Vlaamse nieuwsmakers dus bezig. We mogen hopen dat de lezers/kijkers/luisteraars beter weten.

Hoewel? In mijn altoos groter wordend bestand 'ongewenste berichten' krijg ik, via via zoals dat gaat, een zoveelste rare mail waar ik niet op te wachten zat. Tijd voor een oproep: Beste, maak u vrolijk waar en wanneer en zoveel dat kan, maar laat mij er a.u.b. tussenuit. Ik ben zonder zin voor humor geboren. Dat is niet om te lachen, ik heb daar ook niet om gevraagd.


vrijdag 9 juli 2010

8 juli

Ik zit op het terrasje voor het station van S naar de mensen te kijken. Een meisje van een jaar of elf slaat een rad en verliest daarbij een slipper, die zij na afloop van de figuur kunstig met haar teen van de grond vist. Een Afrikaanse vrouw voert het hoge woord aan het tafeltje naast me, de mannen luisteren eerbiedig, of is het geduldig. Als ze weggaat met haar kinderwagen zwaaien ze innemend naar de baby, of is het beleefd. Opvallend veel met tatoeages versierde mannen en vrouwen lopen door mijn blikveld. Dolfijnen, arenden, vlinders, onleesbare frases in gothische letters sieren hun ontblote armen en kuiten en schouders, of is het ontsieren. Ik hou niet zo van tattoos, maar de steun voor deze tot voor kort breed gedragen opstelling brokkelt razendsnel af. Nu ik nog niet oud ben, niet jong meer maar niet bejaard, rest mij de tijd om bijvoorbeeld een draak in mijn nek te laten krassen, misschien met een passende leuze als No fear! of Ni dieu ni maître! Zo loop ik achteloos voorbij de tafeltjes waaraan de drinkers zich aan de zon te goed doen. Niemand let dan op mij, gelukkig. Of is het helaas.



vrijdag 2 juli 2010

2 juli

'Dagtoeristen kust geven minder uit'. 'Kwik sloopt probleemloos de 35 gradengrens'. 'Kom, vandaag mag een korte broek wel'. Koppen uit de vrt-nieuwswebsite. Voor wie nog zou twijfelen: de zomer is begonnen. Tot eind augustus zullen de media ons vergasten op zever in pakskes. Iedere boer die over zijn hooivork struikelt, elk kattejong dat uit een boom moet worden gehaald, alle op het strand van Sint-Idesbald verloren gelopen peuters worden voorpaginanieuws. 'Nederland stuurt Brazilianen naar huis': een potje voetbal, in godsnaam. Hoe hard kun je een non-event opkloppen? 'De koopjes zijn begonnen'. 'SP. A Brussel: Storende urinegeur in de metro'. Je begint te begrijpen waarom de halve bevolking rond deze tijd naar het buitenland vlucht. Maar ook in Vallon-Pont-d'Arc wordt Het Laatste Nieuws nog angstvallig gelezen. Zouden die werken aan de Brug van den Azijn in Merksem eindelijk af zijn?


donderdag 1 juli 2010

1 juli

Les Flamandes ça n'est pas souriant. Brel stond vast in de rij bij GB of Delhaize toen deze gevleugelde woorden hem werden ingegeven. Hij had het net zo goed van de mannen kunnen zeggen. Laatst was ik in Carrefour bij de kassa op mijn beurt aan 't wachten toen er een zijn karretje plompverloren tegen mijn kuiten aan liet botsen. Ongelukje? Vergeet het. Deze Flamand was boos omdat ik niet verder door was geschoven en mijn spullen nog niet op de band had gezet. 'Pardon, mijnheer'? Neem me niet kwalijk'? Zoveel conversatie kun je niet verwachten in la Flandre profonde van de rijk gevulde supermarkten. Dat is zwijgen en grimmig kijken en heb ik iets aan van u? Les Flamandes ça n'est pas causant.


donderdag 24 juni 2010

24 juni

Als iedereen op café weer over voetbal wil praten of over de Tour of zelfs over tennis, breng ik het gesprek ongemerkt op de Belgische staatsinstellingen, die zoals bekend in een toestand zijn van permanente hertimmering. Ik laat de tooghangers een tijdje bezig over de fijnere nuances van federatie en confederatie, de goede en kwade trekjes van autonomisten, independisten, separatisten en secessionisten.

Dan, als er even een stilte valt, en iemand bestelt een nieuw rondje, is het moment daar voor mijn uiteenzetting over artikel 35, en wat dat inhoudt voor het subsidiariteitsbeginsel, de residuaire en de usurperende bevoedgheden. Lang voor ik klaar ben is iedereen weg. Ik kan rustig nog een Orval kopen en met de kroegbazin een boompje opzetten over de kleinkindjes.


zaterdag 19 juni 2010

19 juni

Ik heb de wereld even afgezet. De olie van BP zal ook zonder mij wel in zee stromen. Hoe het in Thailand gaat weet al lang niemand meer. Laat Belgen en Nederlanders maar een regering vormen, elk een, en moge de beste winnen. Het poortje van mijn kipperen heb ik nog maar eens opengezet. Misschien zet mijn gebaar ze eindelijk weer tot leggen aan. Het verste ei dateert van 9 juni. Dat weet ik zo goed omdat ik altijd de legdatum met potlood op het ei schrijf, zo run ik een beetje mijn eigen voedselagentschap. Onder de 9 staat een streepje, want zo'n ei heeft niet echt een bovenkant. Wat ik zelf doe, doe ik niet per se beter, maar het houdt me wel even bezig.